Baggeraar DEME legt zijn testen voor een nieuwe diepzeemijnrobot tijdelijk stil. Dat laat het bedrijf weten. De boosdoener? COVID-19. De Coronacrisis houdt de bemanning aan wal.
DEME doet al jaren onderzoek naar het ontginnen van mangaanknollen. Dat zijn mineraalrijke knollen die vol zitten met kostbaar koper, mangaan, kobalt en nikkel. Het ontginnen daarvan is een echte goudmijn – maar dan wel eentje die kilometers diep op de zeebodem ligt.
Het belgische bedrijf bouwde al in 2018 de Patania II, een speciale robot die de knollen kan verzamelen. Met zijn lengte van 12 meter en gewicht van 25 ton is het een grote machine die volledig onderwater kan werken. Toch legt DEME nu de testen tijdelijk stil.
De Patania II werd vorig jaar nochtans al eens gebruikt in de Clarion Clipperton Zone, een gebied dat zo groot als de Verenigde Staten van Amerika is en tussen Hawaï en Mexico ligt. In een deeltje daarvan mag DEME van de overheid de testen uitvoeren. Die verliepen echter problematisch. De vijf kilometer lange kabel – de zogenaamde umbilical – die de robot met een commandoschip verbindt, werkte niet naar behoren. De test werd toen ook stilgelegd.
Nieuwe testen die normaal dit jaar zouden plaatsvinden zijn uitgesteld. De Coronacrisis laat immers niet toe dat er een tweede schip met zo’n dertig onafhankelijke wetenschappers meevaart. Die moeten de ecologische impact van het project in het oog houden. Milieubeschermingsorganisaties vrezen immers dat de nieuwe techniek heel wat schade veroorzaakt aan de zeebodem en de daar levende organismen.
DEME hoopt tegen 2027 met de echte ontginning aan de slag te gaan. In de hele Clarion Clipperton Zone zou meer nikkel, mangaan en kobalt zitten dan in de rest van de wereld.