Op20 april 2010 ontplofte het boorplatform Deepwater Horizon in de Golf van Mexico. In de 87 daarop volgende dagen stroomden er 4 miljoen vaten ruwe olie in het water. Het was de grootste olieramp in de geschiedenis. Vandaag zien wetenschappers nog altijd de gevolgen.
Een oude lederen, met stalen tip beschermde werkbottine. Dat is de eerste indruk die wetenschappers Mark Benfield, Clif Nunnally en Craig McClain krijgen van de bodem waar Deepwater Horizon boven dreef.
Het is een artefact van de ramp, die aan 13 mensen het leven kostte. Op de zeebodem, zo’n twee kilometer diep is niet veel anders te zien. Enkele zieke en misvormde krabben, die versuft op de met olie bedekte bodem rondslenteren, worden gefilmd door de op afstand bestuurbare onderzeeër.
Doodse stilte
De normaal zo aanwezige manteldieren, zeekomkommers en sponzen zijn afwezig. Normaal koloniseren ze en masse de achtergebleven metalen structuren, maar hier zijn ze niet te zien. De olie heeft de oceaanbodem vergiftigd.
Wetenschappers observeerden in de maanden na de ramp maar liefst een totale ineenstorting van foraminifera (-80 tot -93%), copepoden (-64%), meiofauna (-38%), macrofauna (-54%) en megafauna (-40%). Eén jaar na de ramp was de impact nog steeds kenmerkend. Koraalkolonies waren in 2017 nog niet hersteld.
Nog steeds niets
Nieuw onderzoek toont aan dat het ook in 2019 niet beter met de oceaanbodem in het getroffen gebied gaat. De diepzee herstelt niet van de olieramp. De zeevloer is onherkenbaar: verwrongen staal ligt uitgestrooid op een modderige bodem bedekt met zwarte olieachtige zeesneeuw.
Dat er krabben te zien zijn op de videobeelden is te danken aan de koolwaterstoffen die afgebroken worden in het water. Die stoffen lijken sterk op bepaalde hormonen die de krabben aantrekken. Ze komen naar de plek van de ramp, om daar langzaamaan te sterven.
Blijvende impact
Dat de olieramp een duidelijke impact heeft op het zeeleven, was al lang duidelijk. Nu blijkt ook dat er bijna tien jaar na de ramp nog steeds geen tekenen van herstel zijn. Dat doet de discussie over de zeeboorplatformen opnieuw oplaaien.
Het laatste beeld van de onderzeeër is er één van het deksel dat op de boorput zit. Het is een aandenken aan de ramp, en de slachtoffers. Ondanks dat British Petroleum, uitbater van het boorplatform, 59 miljard euro betaald heeft, is de schade onherstelbaar gebleken. Wat de echte prijs van de ramp is, valt dus moeilijk te becijferen. Vast staat dat we heel wat verloren hebben.