De staat van New York, Amerika, heeft een ambitieus recylageproject op poten gezet. De overheid wil af van de talrijke verouderde metrostellen. Daarom worden ze gestript en in zee geworpen. De voertuigen krijgen een nieuwe functie als artificieel rif.

De wielen, ramen en deuren van de achttien ton zware voertuigen zijn weggehaald, maar het frame blijft in dienst als schuilplaats voor het zeeleven van de Atlantische Oceaan.
Maar liefst 2500 metrostellen worden in het zoute water gedumpt. De karren trekken, net zoals betonnen of andere stalen constructies, talloze vissen en andere zeedieren aan. Zo vormen zij een lege zandbodem om tot een hotspot van biodiversiteit.
De overheid hoopt hiermee meer vissen aan te trekken, wat goed is voor de visserij. Soorten zoals marlijn, tonijn en dolfijnen worden aangetrokken door de influx van kleinere dieren, die de treinstellen zullen aantrekken.