In Jambiani, een uitgestrekt dorp aan de oostkust van Zanzibar, zijn er niet erg veel manieren om geld te verdienen. Als taxi-chauffeur behoor je tot de hoogverdieners van de bevolking. Honderden mensen moeten het echter met enkele dollars per maand stellen. Op het strand van Jambiani zie je dan ook verschillende zeewierkwekers.

Zeewier is big business, tenminste gedurende enkele maanden per jaar. De lokale zeewierboeren weten nooit wanneer de Chinezen – zeewier is een delicatesse in China – hun oogst komen inkopen. Ze moeten zich tevreden stellen met enkele dollars per maand.
Op het strand van Jambiani kan je in de verte honderden stokken zien rechtstaan. In de vloedzone leggen de bewoners hun aquaplantages aan. Wanneer de zee zich terug trekt – en dit kan razendsnel gebeuren – spoeden ze zich naar hun oogst. Elke morgen bekijken ze de nieuwe aangroei van het wier en voeren ze herstellingen uit. Het zeewier is klaar voor de oogst na een drietal weken. Eén kilogram droog zeewier brengt 500 TZS (0,22 EUR) op.
Rijk zeeleven
Hard werk en weinig winst overheerst het werkklimaat van Zanzibar. Onder de schroeiende zon gaan de zeewierboeren urenlang gebukt. Tussen de stokken, waar het zeewier zich aan vast hecht, kruipen tientallen krabben en heremietkreeften. In de getijdepoelen vind je honderden zeesterren en slakken. Tapijtanemonen en zeeëgels versieren het strand.
Iets verder in de zee verschijnen de rifbanken. De golven breken dagelijks tientallen stukken koraalsteen af. Elke morgen spoelen er dode sponzen en koralen aan. Duikers roemen de lokale wateren als de beste ter wereld. Toch blijven de riffen van Zanzibar behoorlijk vrij van koraalrovers. De overheid beschermt al jaren de kwetsbare eilandfauna en -flora. In 2002 declareerde Zanzibar nog een 720 km² groot gebied als beschermde zone.